Uitgaan & Cultuur

Eerste bord met fietsverhaal in Noordoost-Twente

LATTROP-BREKLENKAMP -  Matthijs Wanrooij, eigenaar van Huis te Breckelenkamp bij Lattrop, heeft maandag 17 oktober het eerste fietsbord met een verhaal in Noordoost-Twente onthuld. Het verhaal gaat over Gerard Adolph Bentinck, voormalig bewoner van het naastgelegen Huis te Breckelenkamp en 350 jaar geleden de machtigste bestuurder van Overijssel. 

De onthulling is tevens het startsein voor het project dat alle 220 borden van de fietsknooppunten in Noordoost-Twente voorziet van een historisch verhaal. De verhalen worden opgetekend door publiekshistoricus Marco Krijnsen van de IJsselacademie en zijn te lezen in vier talen: Twents, Nederlands, Duits en Engels. Cabaretier Herman Finkers en Martin ter Denge verzorgen de vertalingen. Het project is een initiatief van de IJsselacademie in samenwerking met Routenetwerken Twente, stichting Stad en Regio en lokale partijen.

Rampjaar

Gerard Adolph Bentinck (1616-1678) was in de zeventiende eeuw eigenaar van Huis te Breckelenkamp bij Lattrop. De overtuigd katholiek was in dienst van de Münsterse bisschop en legeraanvoerder Bernard van Galen (‘Bommen Berend’), die in het rampjaar 1672 ons land binnenviel. Bentinck dwong Zwolle en andere steden in Overijssel tot overgave aan de bisschop. Het leverde hem een topfunctie op: het stadhouderschap van de provincie.

Het rampjaar 1672 wordt in Twente uitgebreid herdacht. Naast de onthulling van het bord op maandag 17 oktober was er op zondag 23 oktober van 10.00 tot 12.00 uur een live-uitzending van het VPRO-radioprogramma OVT vanuit Huis te Breckelenkamp. Het programma is grotendeels gewijd aan de rol van Gerard Adolph Bentinck en Bommen Berend in de gebeurtenissen van 350 jaar geleden. Ook de podcast ‘Bommen Berend in Overijssel’ van de IJsselacademie komt in de uitzending aan de orde.

Vorig jaar ging het project met historische verhalen op de fietsknooppunten van start met een pilot in Zuidwest-Twente. Daar zijn nu 56 borden voorzien van verhalen. Het project wordt mede gefinancierd met gelden van LEADER, een subsidietraject voor de versterking van het platteland.